Ik hoor het regelmatig; zodra bezoek binnenkomt plast mijn hond!
Een vervelend probleem, zowel voor de hond als de baas. Je geneert je tegenover het bezoek. Soms spreek je een hond bestraffend toe of je gaat direct over tot actie.

Type hond;

Met name jonge en of onzekere, deemoedige honden hebben de neiging spontaan urine te laten lopen in min of meer onzekere situaties.

Opwinding:

Ook als een hond erg opgewonden is, kan het zijn dat het urine verliest.
Bijvoorbeeld als je thuis komt en de hond (in onderdanige, blije houding) op je afkomt en hij krijgt veel aandacht waarbij je met hoge toon jouw hond gaat aaien.

Wie kent het niet dat je een natte broek kreeg bij een aanval van de slappe lach?

Straffen?

Een hond bestraffend toespreken of naar zijn plaats sturen heeft geen enkele zin, integendeel het werkt urineverlies in de hand.

Mopper dus niet, want hij gaat nog meer plassen omdat hij nog onzekerder wordt en niet begrijpt waarom je zo moppert.

Vaak hebben jonge honden weinig controle over hun blaasspieren. Dit moet getraind worden, samen met het weg trainen van het onzekere gedrag. Daarnaast moet je goed kijken naar de communicatie tussen hond en mens.

Kijk goed naar de lichaamshouding van de hond, is het laag en onderdanig met een driftig kwispelende staart? Dan kan het zijn dat er deemoedsplasjes gedaan worden.

Visite opvoeden:

Vraag visite om de hond even te negeren tot hij rustig is. Zorg ervoor dat de hond niet te opgewonden raakt. Laat bezoek hem niet aaien en niet aankijken.
Ook als je zelf thuis komt dien je te wachten met aandacht schenken tot de hond rustig is.

Is hij rustig? Dan pas gedoseerd aandacht geven en niet aaien, gewoon even ‘hoi wat ben je braaf, en gooi een paar snoepjes over de vloer. Maar alleen als hij rustig is!

In het begin kun je, zodra het bezoek binnenkomt (en je hen gevraagd hebt de hond even te negeren) een handje vol snoepjes (of voertjes als hij dit lekker vindt) over de vloer strooien. Honden zijn dan alleen met het eten bezig en plassen niet.

Communicatie:

Daarnaast is het het overdenken waard of je duidelijk bent naar jouw hond. Geef je leiding op een rustige manier? Praat je mogelijk teveel met jouw hond? Hij verstaat je niet hoor wanneer je volzinnen spreekt.
Een hond die ook plast als zijn gezin binnenkomt toont in feite een zeer onderdanige vriendelijkheid en als je dan gaat mopperen zal hij beslist onzekerder worden. Dit maakt dat hij nog meer en vaker zal plassen.

Wat te doen?

Visite: Vraag hen de hond met rust te laten, niet aaien en geen oogcontact met de hond.
Laat ze wachten tot de hond echt rustig is. Als de hond aan bezoek wil snuffelen,
Sta het toe maar niet aaien of oogcontact maken!
Strooi voertjes over de vloer of laat bezoek dit doen zodra er meer rust in de hond
is.
Blijf geduldig! Haal de hond niet weg, mopper niet en ga niet direct het plasje te lijf met een dweil. Wacht tot de hond rustig is en pak dan de dweil zonder naar je hond te kijken.

Zelf: Als je vertrekt of thuiskomt; maak er geen punt van, zeg niets behalve bij vertrek dan kun je kort zeggen ‘tot zo’.
Kom je terug; kijk de hond niet aan, zeg even niets maar doe je ding zoals neem een bakje koffie of thee.

Niemand mag een gebaar van bovenaf de hond gezien maken!
Aaien? Laat de hand zien en laat hem eraan snuffelen. Loopt hij niet weg? Dan even onder de kin of borst aaien.
Nooit over de kop, nek en rug aaien want dat is een dominantiegebaar in de ogen van een hond. Als je een onderdanige hond hebt dan laat hij urine lopen of gaat op de rug liggen.
Stop met aaien zodra de hond op de rug gaat liggen.

Wil bezoek of jijzelf de hond echt graag aaien? Bedenk dat honden elkaar nooit aaien! Wij willen dit, maar wil de hond dit ook?

Toch aaien? Maak jezelf klein door op de grond te gaan zitten en wacht tot de hond uit zichzelf bij je komt. Aai zoals hierboven is beschreven.

Doen:

Urineert de hond zodra jij binnenkomt? Zorg altijd voor een paar brokjes in de jaszak. Strooi direct bij binnenkomst en maak geen oogcontact en zeg niets!

Honden die onzeker zijn, en dat zijn er best veel, moeten begeleid worden door heel consequent te zijn. Nee is nee en ja is ja…. ALTIJD!

Zoek!

Onzekere honden hebben baat bij zoekspelletjes. Maak wandelingen leuk door bijvoorbeeld een handje snoepjes in het gras te strooien en zeg ‘ZOEK’. Wees zelf ook een beetje enthousiast als hij ze vindt. Verstop snoepjes in huis of in de tuin. In het begin moet je het niet te moeilijk maken. Door zelf iets te doen wat succes heeft draagt dit bij aan een stukje zelfvertrouwen.

Probeer ook niet altijd alles voor de hond te bepalen of op te lossen. Laat hem nadenken en begeleid de hond. Bijvoorbeeld de riem draait om een paal…. Met de vrije hand stuur je hem zodanig dat hij weer vrij is. Praat niet teveel met je hond als hij onrustig is maar doe alsof jij de rust zelve bent.

Kortom: begeleid een onzekere en/of zeer onderdanige hond door duidelijk te zijn, niet te mopperen en in rust te belonen.

Denk eraan dat afleiden met een snoepje (lokken) niet werkt. Honden zullen al snel weten ‘oh dit gedrag levert mij lekkers op’. Of je beloond net op het verkeerde moment; onrustig oke ik krijg lekkers dus dit gedrag is goed.

Afleiden door brokjes te strooien is in het begin van de training wel goed omdat een hond dan niet zal gaan plassen! Dit zorgt er ook voor dat bezoek niet meer als bedreigend wordt ervaren.
En bijkomstig voordeel: de hond is bezig dus visite zal even geen aandacht voor jouw hond hebben.